|
Nergens gewenst
Mei 2016
Wie twijfelt of het wel een goede zaak is om vluchtelingen op te nemen, heeft niet goed opgelet. Vluchtelingen zijn reeds, zeker in het afgelopen jaar, massaal over onze drempels gekomen en bevolken onze voor- en achtertuin. De vraag is niet of we vluchtelingen moeten binnenlaten, maar op welke manier wij met hen omgaan. Doen we dat op menselijke en barmhartige manier of niet? In dit nummer staan enkele concrete ervaringsberichten vanuit kerkelijke en maatschappelijke organisaties die vluchtelingen helpen en begeleiden. Hoe vang je alleengaande minderjarige asielzoekers op? Wat betekent het om als arts of verpleegkundige bijna verdronken vluchtelingen uit de Middellandse Zee op te pikken die ook nog het verlies van dierbaren te boven moeten komen? Hoe begeleid je vluchtelingen na de eerste opvang naar een woning en naar onderwijs? Berichten over vallen en opstaan. Migranten en vluchtelingen zijn van alle tijden en alle landen. Dat alleen de loepzuivere vluchtelingen – de politiek vervolgde – in aanmerking mogen komen voor asiel, is een idee-fixe. Mensen vluchten omdat ze verdreven zijn en geen middelen van bestaan meer hebben. Het weinige dat ze nog hebben, geven ze op voor een bange en onzekere tocht. Rekenmeesters zien intussen argwanend toe: komen niet teveel vluchtelingen onze kant op, is de stroom af te buigen? Dat er teveel zouden zijn is echter moeilijk vol te houden, wanneer je het totaal aantal vluchtelingen neemt op het totaal van de Europese bevolking. Veelal wordt de afkeer van migranten en vluchtelingen gevoed door de angst voor de vreemde en vooral door een weerzin tegen de islam. Maar veruit de meeste moslims zijn absoluut geen extremisten. Integratie van vluchtelingen met behoud van eigenheid is wel degelijk mogelijk en noodzakelijk. De landelijke politiek is hierbij doorgaans niet erg behulpzaam, omdat ze blijft steken in een pragmatisch management (het ‘reguleren van de vluchtelingen-quota’). Hoopgevender zijn de talrijke initiatieven van vrijwilligers en het lokale middenveld. Uit de bijdragen in dit nummer blijkt hoezeer de christelijke traditie van breken en delen, van opstanding, hoop en solidariteit vrijwilligers en middenkaders inspireert. Inspiratie en motivatie bij dit werk, welke bronnen boren we daarvoor aan? Bijdragen vanuit een ethische, bijbelse en theologische reflectie bieden oriëntatie. Altijd dient de waardigheid van elke mens, dus ook van de vluchteling, voorop te staan. Respect voor hem of haar komt vooral tot uitdrukking in gastvrijheid, die onvoorwaardelijk moet zijn, maar die tegelijkertijd zich aan bepaalde regels heeft te houden. De bron van de gastvrijheid is de eindeloos barmhartige God die in de Schrift liefde boven recht stelt en die ons oproept de vreemdelingen lief te hebben als onszelf. “Heb hen lief want jullie waren zelf vreemdelingen in Egypte” (Lev.19,33). En het vieren van de maaltijd van de Heer herinnert ons eraan migranten niet links te laten liggen. Op het moment dat ik dit edito schrijf, vinden in Brussel de vreselijke aanslagen plaats, een ervan zeer dicht bij het TGL-redactiekantoor. De verleiding is op zo’n moment groot om je af te keren van alles wat vreemd lijkt. Is de vreemde niet potentieel gevaarlijk? Dit TGL-nummer gaat ervan uit dat we vluchtelingen die bij ons aankloppen niet uit angst de toegang moeten weigeren. Er is geen alternatief voor de lange weg van noodopvang naar gastvrij onthaal van hen in onze samenleving. Dit TGL-nummer diept enkele fundamentele drijfveren op als richtingwijzers op die weg. |