|
De SantenkraamVerdwenen tradities, nieuwe kansen
Mei 2013 Zo’n pauskeuze hééft toch iets. Het roept verwachtingen op. Zelfs bij wie daar denkt boven te staan. Neem nu de keuze destijds van Johannes XXIII. Niemand zal ontkennen dat deze man binnen de kerk een dynamiek op gang heeft gebracht. Er was uiteraard reeds jarenlang heel wat gaande waaruit een verlangen naar verandering sprak. Niemand had echter verwacht dat deze man de zaak op gang zou trekken. Toen de keuze van de huidige paus bekend werd mét de naam Franciscus, ging wellicht bij sommigen de hoop van weleer opnieuw gloeien. De tussenliggende pontificaten hadden de opengebroken vensters en deuren van het tweede Vaticaanse concilie in belangrijke mate weer dicht gedaan. Het is een tijdperk geweest waarin vele gelovigen uit de kerk zijn weg gebleven. Ook de recente tekenen van wat sommigen als heropleving binnen de kerk beschouwen zijn vooral gericht op het bewaren van het geloofsgoed zoals dat uit het verleden is doorgegeven. Veel belang wordt daarbij gehecht aan de voorschriften en reglementen die de kwaliteit van de authentieke liturgie moeten garanderen. Liturgie is toch bij uitstek het gebeuren waarbij gelovigen met het goddelijke in aanraking (kunnen) komen. Hiervoor is weinig begrip bij de gelovigen die vooral de waarachtige persoonlijke geloofsovergave willen behartigen. Voorschriften zijn voor hen bijkomstig. Zij zoeken vaak op eigen initiatief of onder stuwing van een charismatische leider (m/v) naar nieuwe expressievormen van hun geloofsovergave. Tussen beide strekkingen gaapt een kloof. Met dit TGL-nummer besteden we aandacht aan een thematiek die iedere individuele gelovige en iedere strekking binnen de kerk op de een of andere manier belangrijk vindt. Het gaat over de betekenis van wat wel eens oneerbiedig de santenkraam van ons geloof genoemd wordt. Daarmee is bedoeld het geheel van materiële tekenen, symbolen, rituelen, geloofsformules en dergelijke waarin het geloof tot uitdrukking komt. Enerzijds vormen deze materiële elementen de onvermijdelijke en noodzakelijke bemiddeling van het geloof. Anderzijds dient de vraag gesteld naar de integere werkzaamheid van deze materiële tekenen binnen de cultuur die de onze is. Er zijn veel vormen waardoor mensen zich niet meer aangesproken voelen. Maar mensen kunnen niet zonder lichamelijke, materiële tekenen. Het is ook duidelijk dat er vormen zijn die niemand zou willen missen. En er is misschien nog veel wijsheid en spirituele rijkdom te vinden in bepaalde vormen van geloofsbeleving die voortijdig in het museum werden geplaatst. Is dat misschien iets wat we met velen delen: het gevoel dat ons iets is ontglipt. Het besef dat we onvoldoende in staat zijn geweest een vernieuwende beweging in de diepte te maken. Dat we iets gemist hebben dat met het wezenlijke van ons christelijk geloof te maken heeft. Dat dit wezenlijke nooit “à l’état pur” verkrijgbaar is. Maar altijd bemiddeld door tekenen en door een taal die ons nooit helemaal “passen”. Waren de eerste positieve indrukken van deze nieuwe paus niet dat zijn optreden eenvoud uitstraalt. Het maakt de gangbare pompa veel draaglijker. |